Ontmoeting met een gekleurmerkte grauwe kiekendief
Voor het onderzoek naar de stopovergebieden in Noord-Afrika gaat voor de tweede keer dit jaar een onderzoeksteam van GKA naar Oost-Marokko, ditmaal om de najaarsomstandigheden in kaart te brengen. Om de paar dagen delen we hun bevindingen en avonturen.
23-september-2024 – Onze wens is uitgekomen! We hebben eindelijk weer eens een grauwe kiekendief gezien! En wat een bijzondere waarneming: een adult mannetje met een oranje vleugelmerk aan de rechtervleugel. De kans dat je een kiek ziet is hier al klein (dit was pas de vierde), maar dan ook nog een gekleurmerkte vogel, echt geweldig.
Tot onze verbazing foerageerde hij op een totaal gedegradeerde steppe waar hij binnen een halfuur twee prooien ving. Op de tweede plek vonden we wat darmpjes, wij denken dat hij daar waarschijnlijk een hagedis heeft verorberd. Deze vogel blijkt afkomstig uit Beieren waar hij door Ralf Krüger in 2020 als nestjong werd geringd en vorig jaar en dit jaar in de zomer is gezien maar niet tot broeden kwam. Wat een schitterende terugmelding! Grappig is ook dat we de vogel vonden toen we op een zandpad reden waar we eigenlijk helemaal niet wilden zijn. Telpunt 73, die ver van de verharde weg ligt, bleek namelijk, toen we er bijna waren, volstrekt onbereikbaar door een wadi en vloedvlakte met water en modder. Op zoek naar een oversteekplaats, die we uiteindelijk niet vonden, namen we dus een andere route en maakten we deze mooie observatie. Meer dan genoeg compensatie voor onze moeite.
Behalve dit punt, het eerder onbereikbaar gebleken punt 50, en een punt waar we vandaag niet konden tellen in verband met enorm harde wind en zo veel zand en stof in de lucht dat het zicht heel slecht was, hebben we inmiddels op één punt na alle prooitransecten geteld. Wat hebben we hard gewerkt de laatste dagen. Vandaag was de derde avond dat we tot in het donker doorreden naar het volgende telpunt om daar in de ochtend weer vroeg te kunnen starten. Morgenochtend hebben we dus nog een laatste telling te gaan, maar we kijken nu al heel tevreden terug op hoeveel we konden doen in deze korte tijd. Ik ben heel trots op het team! En we zijn ook heel blij met wat we allemaal gezien hebben, onder andere 12 verschillende soorten leeuweriken en 7 soorten tapuiten. Naast onze tellingen hebben we ook wat tijd genomen om lokale contacten te onderhouden en op te bouwen. Gisteravond ontmoeten we in Aïn Bni Mathar, Labied Abdoulafi die de afgelopen drie jaar betrokken was bij de monitoring van kraagtrappen in deze regio en nu bij een organisatie werkt die de schapen- en geitenhouders begeleid. Tijdens ons gesprek en gezamenlijk eten leerden we veel over hoe de situatie hier is. Wat we begrepen is dat de staat subsidies geeft per ooi om de fokkers te motiveren meer dieren te houden, dat ter behoud van lokale rassen en het nationaal erfgoed maar vooral voor de productie van voldoende vlees tijdens het offerfeest. Heel kort door de bocht subsidieert de staat dus de overbegrazing van de steppes. Of dit echt zo klopt moeten we later maar zien uit te vinden. We hebben ons in ieder geval meer dan eens afgevraagd wat die schapen en geiten in sommige gebieden überhaupt nog te eten vinden. Ze vreten zelfs de giftige wijnruit helemaal tot de grond af omdat er niets anders meer groeit. Wat dat met hun doet weten we niet.
Vandaag brachten we ook nog een bezoek aan de familie van Arbi Mehdaoui ten zuiden van Aïn Bni Mathar. Hier waren we al in april langs geweest en hadden toen het weerzien na 13 jaar gevierd. Jammer genoeg was Arbi zelf niet thuis, maar zijn vrouw en dochters verwelkomden ons met overheerlijke Marokkaanse thee en versgebakken brood met boter en roomkaas. Hopelijk lukt het volgende keer weer om hem te zien! Gelukkig zagen we vandaag ook nog twee grauwe kiekendieven in het landbouwgebied aan de noordkant van Aïn, we waren al bang dat het bij vier zou blijven, maar zes is natuurlijk ook nog heel mager. Wie weet maken we morgen nog kans tijdens onze laatste velddag!
Het onderzoek naar stopovergebieden wordt ondersteund door de Deutsche Wiltier Stiftung. De expeditie naar Oost-Marokko in september 2024 wordt mede mogelijk gemaakt door het Huib Kluijver Fonds en dankzij donaties aan Grauwe Kiekendief – Kenniscentrum Akkervogels. Extra donaties zijn overigens nog zeer welkom!