Rietgorzen ringen in de Zegenpolder

door Cornelis Fokker

In het najaar van 2018 en de daaropvolgende winter zijn in de Zegenpolder op plaatsen met hoge vogeldichtheden vogels geringd, om inzicht te krijgen in het gebruik van diverse soorten van de Zegenpolder. Uit deze gegevens blijkt onder andere het nut van akkerranden in de Zegenpolder voor insectenetende vogels, zoals paapje en grasmus, tijdens de trekperiode. De meest geringde vogel was echter de rietgors.

67% van de gevangen rietgorzen betrof mannetjes

In totaal werden in de winter 2018-2019, 84 rietgorzen geringd en 22 exemplaren teruggevangen. In september en oktober werden ze geringd in de akkerranden en daarna uitsluitend nog rondom een wintervoedselveldje. 67% van de gevangen rietgorzen waren mannetjes en ongeveer 30% vrouwtjes (restant sekse onbepaald). Tijdens enkele dagen betroffen de vangsten nagenoeg uitsluitend mannetjes, maar het percentage nam gedurende de winter af.

De conditie (gezondheid) van de vogels is bepaald op basis van de biometrie, met als maat de verhouding van het gewicht tot de vleugellengte. In het najaar van 2018 schommelt de conditie rond 0.23 (Figuur 1), tijdens de winter is dit iets hoger: 0.24. De structurele aanwezigheid van rietgorzen en hun verbeterende conditie wijst erop dat zij voldoende voedsel tot hun beschikking hadden. Opmerkelijk is de conditiedip in februari 2019, die samenvalt met een relatief koude periode waarbij ook sprake was van een gesloten sneeuwdek. Mogelijk heeft dit geleid tot een verhoogde vetverbranding en een verminderde toegang tot voedselbronnen, met een lagere conditie tot gevolg.

Van de 22 teruggevangen rietgorzen betreft het, op één exemplaar na, vogels die in de Zegenpolder zijn geringd:

  • september 2018: acht exemplaren teruggevangen, maximale verblijfsduur van 33 dagen;
  • 24 september 2019 en 19 januari 2019: één individu wordt zowel in het najaar als in de winter teruggevangen;
  • 24 december 2018 en 19 januari 2019: vogel geringd op 12 november 2018 bij VRS Casticum wordt in de Zegenpolder tweemaal teruggevangen;
  • 24 december 2018 en 2 maart 2019: langste verblijfsduur betreft ten minste 68 dagen, van een vogel die in het wintervoedselveldje werd gevangen.
  • 8 april 2019: man rietgors geringd op 24 september wordt afgelezen in een rietkraag aan de oostkant van het Buijtenland van Rhoon. Dit betreft een zingende vogel. Dit bewijst dat lokale broedvogels gebruik maken van wintervoedsel.

Uit gegevens blijkt dat er erg veel inspanning vereist is om voldoende vogels te vangen

Gemiddelde conditie van gevangen rietgorzen per vangdag (n=106). © Cornelis Fokker

Terugmelding zingende rietgors man op 8 april 2019, geringd op 24 september 2018. © Jo Polak

Uit deze gegevens blijkt dat er erg veel inspanning vereist is om voldoende vogels te vangen om überhaupt uitspraken te kunnen doen, zelfs met een grove slag om de arm. Onder de rietgorzen die in het najaar in het gebied verblijven bevinden zich dus ook lokale broedvogels, waarschijnlijk ook met hun jongen. De najaarsvogels worden gedurende de winter grotendeels vervangen, vermoedelijk door vogels met een noordelijke herkomst. Zij maken vervolgens langere tijd achtereen gebruik van het wintervoedselveld.