Met boerenlandvogels gaat het niet goed maar soms zijn er jaren dat het even wat minder kommer en kwel is. 2023 was zo’n jaar voor de Wulp in Drenthe. Sinds de start van het beschermingswerk in 2018 kwamen nog niet zoveel jongen groot: tenminste 23 jongen wisten succesvol uit te vliegen en groot te komen. Het werkelijke aantal zal zelfs richting de veertig kunnen gaan omdat niet alle jongen altijd even goed zichtbaar zijn. Voor het onderzoeksgebied rond Ruinerwold en Dwingeloo is deze aanwas voldoende om de populatie stabiel te houden. En dat is heel welkom bij een soort waarvan de trend al minimaal een halve eeuw dalend is.
Drenthe is samen met Overijssel dé wulpenprovincie van ons land. Nergens ter wereld broeden zoveel Wulpen per vierkante kilometer als in deze provincies. Ondanks de hoge dichtheden is nestbescherming broodnodig, omdat de meeste Wulpen in grasland broeden. Veel paren zijn nog niet klaar met broeden als begin mei de eerste snede gras wordt gemaaid. Om de nesten te beschermen werken boeren, weidevogelbeschermers, Landschapsbeheer Drenthe en het Kenniscentrum Akkervogels intensief samen. Nesten worden opgespoord en omrasterd met stroomdraad om roofvijanden buiten de deur te houden. Een zeer effectieve methode: zo’n 75% van die nesten slaagt tegen 20% van de onbeschermde nesten. Maar de kuikens zijn dan nog allerminst veilig. Veel jongen sneuvelen alsnog in de eerste week door werkzaamheden op het land of door roofvijanden. Meestal resulteert dat in een overleving die te laag is om de populatie op peil te houden, maar niet dit jaar!
Een van de redenen van het hoge uitvliegsucces is een experiment met ongemaaide randzones. Op diverse plekken zijn drie meter brede banen langs sloten ongemoeid gelaten om de jongen de benodigde extra dekking te bieden. De lijkt een verrassend eenvoudige en doeltreffende manier om de kuikens te helpen overleven. Als deze randzones bovendien onbemest blijven kan zich hier een gevarieerde kruidenrijke vegetatie ontwikkelen die rijk is aan insecten, het belangrijkste voedsel van de kuikens. Het komend jaar willen we dit experiment dan ook zeker voortzetten. We prijzen ons gelukkig met de ‘Drentse aanpak’, waarin boeren, beschermers, beleidsmakers en onderzoekers samenwerken en dit soort experimenten mogelijk maken.
Het wulpenonderzoek wordt uitgevoerd i.s.m. Landschapsbeheer Drenthe, Provincie Drenthe, Vogelbescherming Nederland en Stichting Haagvalken
Tekst: Henk Jan Ottens en Olaf Klaassen, Grauwe Kiekendief- Kenniscentrum Akkervogels